Dinsdagtip: hoe pak je een gevecht aan?

Wil je voorbereid naar de les, neem dan zeker deze dinsdagtip door! In dit bericht lees je meer over enkele basistechnieken die verweven zitten doorheen de trainingen. Deze week gaan we dieper in op één van de principes van Krav Maga: hoe pak je een gevecht aan dat niet te vermijden is?

Een gevecht is een confrontatie waarbij twee of meer mensen met elkaar strijden. De redenen kunnen bijvoorbeeld  zijn om dominantie te demonstreren of om respect af te dwingen.

Hoewel het uit de weg gaan van een gevecht meestal de beste optie is, is het eveneens handig dat je weet hoe je jezelf en anderen kan verdedigen. De aanvaller op het juiste moment schade toebrengen, rekening houdende met de wettelijke aspecten en in evenredigheid met het geweld dat hij u aandoet. We spreken hier niet over een wedstrijd binnen een gecontroleerde omgeving, maar eerder over een straatgevecht of een andere gelijkaardige situatie.

Stap 1: juiste houding aannemen

Als je moet vechten, dan zal je eerst in een verdedigingshouding moeten gaan staan. Zet hierbij je voeten op schouderbreedte en buig licht door je knieën zodat je niet helemaal rechtop staat. Richt je naar je tegenstander door iets schuin tegenover hem te gaan staan, waarbij je niet-dominante kant gericht is op de aanvaller. Ben je rechts, draai dan je linkerheup naar je tegenstander. Zorg dat je onderlichaam niet loodrecht op je bovenlichaam staat, maar leid gewoon met je niet-dominante been en heup. Dit maakt je een lastiger te raken doelwit en zorgt ervoor dat je klappen krachtiger zijn. Zeker die van uw dominante hand.

Zorg dat je zwaartepunt in balans is. Verplaats je gewicht naar het achterste been (het rechterbeen, als je rechts bent). Als je recht tegenover je tegenstander staat, dan kun je gemakkelijk achterover geslagen worden. Achterste voet rust op de bal van de voet. Dit is om roterende bewegingen mogelijk te maken met het gebruik van schouders en heup. De handen beschermen je gezicht.

Houdt de ellebogen tegen je lichaam voor het kunnen uitdelen van klappen in een rechte lijn. Beginners zwaaien dikwijls wild en ongecontroleerd met de armen waardoor er veel minder kracht achter hun slagen zit. Je kan als beginner best starten met een klap in een rechte lijn uit te delen. Recht tussen jou en de aanvaller.  Instappen tijdens de klap zal die veel krachtiger maken. Oefen het stoten op een zware bokszak vanuit een rechte lijn, direct van het lichaam af in plaats van met een boogje.  Duw af met je achterste voet en maak gebruik van de schouder (kant waarmee je toeslaat)  om de dekking te behouden.

Houdt de kin op borst en werk soepel. Neem geen te grote stappen en blijf met je gezicht beschermen met de handen.

 Stap 2: op welke manier terug slaan?

Je kan met open handen slaan. Het grote voordeel aan deze techniek is dat de kans op eigen kwetsuren aanzienlijk kleiner wordt.

Je kan ook met de vuisten slaan. Maak een correcte vuist door je duim te krommen rond de onderkant van je vingers. Plaats de duim dus niet in de vuist of aan de zijkant van je vingers. Maak een stevige vuist wanneer je een klap uitdeelt. Wanneer mensen hun vuist blesseren door het uitdelen van een klap, dan gebeurt dit meestal omdat ze met het verkeerde deel van hun vuist slaan of op de harde zones van de aanvaller zijn hoofd slaan. De knokkels die je doelwit moeten raken zijn die van de wijs- en middelvinger.

De aanvaller tegen de neus of in de maag slaan kan voldoende effect veroorzaken om eventueel te ontsnappen. De eenvoudige rechte slag is het best voor als je niet getraind bent. Dit doe je als volgt:

Houd de ellebogen in een hoek van 30-45 graden tegen je lichaam. Je handen beschermen het gezicht en zijn de hele tijd hoog. Beweeg je vuisten (vuisten draaien 45 °, impact met kneukels van wijs- en midden vingers) samen met je ellebogen en schouder, waarbij de arm wordt uitgestrekt.

Duw je gewicht door je schouder en in je arm, waarbij de slag wordt gekoppeld aan de piek van de extensie, om je slag het krachtigst te maken. Kracht vertrekt vanuit de vloer door de afduw van uw voet.

Stap 3 : gebruik je sterke punten in het gevecht

Gebruik het begin van een gevecht om een idee te krijgen van de vaardigheden van je tegenstander. Baseer je eigen doel in het gevecht op jouw sterke en zijn/haar zwakke punten:

• Als je langer bent, probeer dan je tegenstander op afstand te houden. Je langere ledematen geven je de mogelijkheid om over een grotere afstand toe te slaan dan je tegenstander.
• Als je korter bent, aarzel dan niet en probeer dichtbij te komen. De ander zal proberen je op afstand te houden en de eigen lengte in zijn/haar voordeel te gebruiken.
• Als je sneller bent, spring er dan snel in, haal snel uit en trek je snel weer terug. Vecht in korte, effectieve uitbarstingen.
• Ben je langzamer, maak het dan eenvoudig. Zorg dat de tegenstander naar jou toekomt, in plaats van achter hem aan te jagen.

Ken je eigen sterke punten en gebruik die op het juiste moment. Een goed berekende beweging is veel meer waard dan een dozijn ongecontroleerde uithalen.

Bestudeer je aanvaller: heeft hij of zij piercings, lang of kort haar of specifieke kledij (bijvoorbeeld een das, een lanyard, een hoodie, …). Het zijn allemaal zaken die jou een voordeel opleveren tijdens het gevecht.

Stap 4: wees zuinig met je energie

Concentreer je energie in je bewegingen en beperk deze tot een minimum. Op die manier geraak je niet uitgeput  halverwege het gevecht. Sommige tegenstanders proberen jou bewust te laten “dansen” zodat ze toeslaan wanneer er vermoeidheid optreedt.

Stap 5: mik op de zwakke plekken van de aanvaller

Schop je aanvaller waar het pijn doet.

Wanneer het gevecht niet te vermijden is, zijn er, buiten de wettelijke aspecten met betrekking op zelfverdediging, geen regels tijdens het gevecht. Winnen moet je enige doel zijn. Wanneer je een gevecht wilt winnen, dan moet je geen cursus “vechtetiquette” gevolgd hebben. Probeer ervoor te zorgen dat de aanvaller pijn ondervindt,  belemmert wordt of valt zodat je voldoende tijd hebt om weg te komen. Hier volgen een paar tips om dit te realiseren:

• Geef je aanvaller een kniestoot, dit kan zijn intenties stoppen.
• Schop je aanvaller in zijn kruis of buik. Doe dit snel en probeer in balans te blijven.
• Trap naar zijn knieën. Dit kan zijn mobiliteit beïnvloeden.

Viseer het gezicht van je aanvaller.

Het gezicht is een zeer kwetsbare plek. Het viseren van de ogen, oren of neus van je aanvaller, kan veel pijn veroorzaken en hem vertragen. Geef je aanvaller een kopstoot. Gebruik hiervoor de harde zones van je hoofd en viseer de zachte zones van de aanvaller zijn hoofd. Hou rekening met de lichaamslengte van uw aanvaller. Wanneer uw aanvaller kleiner is, kan de kopstoot niet het gewenste effect opleveren.

Prik in zijn ogen met je vingers of stoot op zijn neus. Dit kan ondraaglijke pijn veroorzaken en de aanvaller tijdelijk verblinden en/of desoriënteren. Soms is dit lang genoeg om te ontsnappen.

In levensbedreigende situaties kan je de aanvaller zijn keel of nek viseren. Dit kan zijn ademhaling of zijn mobiliteit beïnvloeden. Pas hiermee op want dit kan ernstige verwondingen veroorzaken. Hou steeds rekening met de wettelijke aspecten in functie van de wettige zelfverdediging.

Lever snelle, korte uithalen. Ga niet wild zwaaien, maar kies je doelen goed uit. Plaats korte en snelle stoten op het doel. De winnaar van een gevecht hoeft niet per se degene te zijn die de meeste klappen uitdeelt, maar degene die de klappen uitdeelt waar het meest kracht achter zit.

Zorg dat je doorstoot. Stel je voor dat je iets probeert te raken dat zich eigenlijk ongeveer vijf centimeter achter het doel bevindt. Probeer het gevecht zo kort mogelijk te maken door doeltreffend te verdedigen.

Stap 6: kijk nooit weg van je aanvaller

Soms zal een aanvaller niets meer doen als je niet meer naar hem kijkt, maar hier kan je niet op rekenen. De kans is veel groter dat hij een meer ervaren vechter is en hiervan gebruik zal maken om je  knock-out te slaan. Ga er altijd van uit dat de aanvaller beschikt over verboden wapens en blijf alert.

Stap 7: Probeer eventueel een schijnaanval

Elke keer als je aanvalt ben je kwetsbaar. Als je slaat dan kun je die arm niet meer gebruiken om jezelf te verdedigen.  De aanvaller kan je slag blokkeren met de ene hand en gebruik maken van de nu open plek in je verdediging door aan te vallen met zijn andere hand. Als je een schijnaanval doet, zal je aanvaller misschien reageren met een tegenaanval en kwetsbaar worden. De sleutel is om die persoon ervan te overtuigen dan je een bepaalde beweging gaat maken en te anticiperen op de reactie van de ander.

Je kunt schijnaanvallen combineren met echte aanvallen. Dit creëert verwarring bij de tegenstander omdat die niet meer kan voorspellen of je nu wel of niet echt gaat toeslaan. Probeer steeds om meerdere slagen en schoppen te combineren. Zo ben je niet onvoorspelbaar voor je tegenstander.

Bron: wikihow, wikihow